Is een rood stoplicht optioneel?

Een zebrapad is recent opnieuw gespoten en al snel zijn er weer remsporen van autobanden zichtbaar op de witte verf. Regelmatig staat een ambulance bij het betreffende zebrapad voor hulp aan een fietser of voetganger. Je mag ervan uitgaan dat de ambtenaren goed hebben nagedacht en zich hebben laten informeren voordat het zebrapad werd aangelegd. Waarom dan de aanrijdingen en bijna aanrijdingen? De uitleg is eigenlijk logisch.

 

Op 20 meter voor het zebrapad staat een abri, met aan de zijkant een groot reclameaffiche die ‘s avonds fel verlicht is. De bedoeling van het affiche is natuurlijk om de aandacht te trekken van de automobilist die met 50 km/h langsrijdt. Volgens de officiële cijfers, is bij een snelheid van 50 km/h de remweg 12,06m, de afstand reactietijd 13.89m en de stopafstand 25,95m, bij een oplettende bestuurder. Op 20 meter voor het zebrapad een grote reclame afbeelding die expliciet is bedoeld om de aandacht te trekken van de autobestuurder, ja, dan staat er van tijd tot tijd een ambulance.

 

Op het gemeentehuis wordt degene die dit aankaart van hot naar her gestuurd want ‘ik ga daar niet over’. De frustratie van de mensen die het melden is begrijpelijk. Is de frustratie van de meldende burger gelijk te trekken met leden die zich niet gehoord voelen door een verenigingsbestuur? De eerste fysieke algemene vergaderingen zijn en worden weer georganiseerd, na een lange periode van elektronisch vergaderen.

 

Het elektronisch vergaderen was aan een aantal regels gebonden en helaas hebben niet alle verenigingen zich aan deze regels gehouden. Zo zijn er leden die het niet lukte om in te loggen, terwijl de bestuursleden niet bereikbaar waren voor hulp. Ook de wijze van stemmen was aan strikte regels gebonden en ook hier hebben verenigingen steekjes laten vallen. Door het elektronisch vergaderen wordt nu een probleem duidelijk, het feit dat leden zich niet gehoord voelden en het idee hebben dat er over hun hoofden heen beslissingen zijn genomen.

 

Een voorzitter van een vereniging verzuchte ‘het uiten van uitsluitend onvrede is bijna gewoon geworden de afgelopen twee jaar. Het lijkt erop dat mensen hun onvrede vanachter het toetsenbord meenemen naar de vergadering. Niet luisteren, niet openstaan voor argumenten, boos zijn, gewoon erg boos. Het lijkt wel of mensen weer opnieuw moeten leren communiceren’.

 

Klopt het dat tegenwoordig bij mensen, dus ook de leden van de vereniging, het lontje korter is? Komt het inderdaad vaker voor dat een auto vanaf de meest linkerbaan als een dwaas de afslag neemt. Is het inhalen via de vluchtstrook verworden tot een gewoonte? Is een rood stoplicht optioneel? Ofwel leidt de onvrede over de samenleving waarin we momenteel leven tot een eigen interpretatie van beleid en regels? En hoe kan een tijdelijke beperking van medezeggenschap in een vereniging dat zich uit in individualisme van leden, weer omgebogen worden tot saamhorigheid en gemeenschappelijk belang.

 

Besturen zijn algemeen gezien inventief omgegaan met het besturen van de vereniging. Er is heel veel energie gestoken in het informeren van de leden en besluiten zijn conform de noodwet elektronisch vergaderen genomen. Maar als de leden dat niet zo hebben ervaren, dan zal je evenzo inventief te werk moeten gaan om dat te herstellen en daarnaar moeten handelen. Waarom zou je het heikele agendapunt niet nogmaals agenderen. Heel wel mogelijk met dezelfde uitkomst, maar dan wel op een manier waar de leden zich in kunnen vinden. Waarom zou je beslissingen, die van doorslaggevend belang zijn voor de leden en de vereniging niet gewoon agenderen voor een, desnoods, speciale algemene vergadering en een bekrachtiging vragen van die beslissingen. Besluiten die tijdens de coronaperiode zijn genomen door een bestuur zijn niet lichtvoetig tot stand gekomen. Indien er een goede onderbouwing is en het besluit op de juiste gronden is genomen, zal de algemene vergadering dat zonder problemen bekrachtigen. En wellicht dat in een enkel geval voortschrijdend inzicht tot een ander besluit leidt, maar ook dan wordt er weer draagvlak binnen de vereniging gecreëerd voor saamhorigheid en gemeenschappelijk belang.